dinsdag 19 augustus 2025

Rozenblaadjes

Iedere man ontdekt vroeg of laat dat ene mysterieuze moment waarop hij zich afvraagt wat er écht in het brein van een vrouw omgaat. Volgens de mythe zweven wij door het leven als wezens van zijde, parfum en een vleugje glitter.

Vandaag ga ik die mythe doorprikken. Mannen, zet je schrap: ook vrouwen zijn gewoon mensen. Ja, écht. Zelfs wij laten scheten. Al noemen we dat liever een subtiel ontsnappend zuchtje van pure gratie. Volgens de folklore dwarrelt er hooguit een rozenblaadje of een wolkje lavendel door de kamer. Maar eerlijk? Dat is slimme marketing, ooit bedacht om mannen een illusie te gunnen.

Toch blijft het een gênant onderwerp. Niemand zegt op een verjaardag: “Weet je nog dat ik laatst een trompetconcert uit mijn achterste produceerde?” Nee, dat wordt angstvallig verzwegen. Behalve toen ik net verkering had, en manlief samen met zijn broer een schetenwedstrijd begon. Ik dacht: is dit de nieuwe paringsdans? En toch ben ik gebleven. Zijn karakter is blijkbaar leuk genoeg.

De natuur is simpel: lucht erin, lucht eruit. Het verschil zit in de presentatie. Mannen blazen zonder gêne uit hun achterste, vaak met een blik alsof ze net de Champions League hebben gewonnen. Hoe harder, hoe beter. Vrouwen daarentegen ontwikkelen strategieën: wachten tot de föhn loeit, de stofzuiger draait, of zogenaamd even naar de keuken lopen.

Maar stel je eens voor: jij opent per ongeluk de badkamerdeur. Daar staat je vrouw. Haar ogen schreeuwen: Dit is niet wat je denkt. Maar het is precies wat je denkt. Geen rozenblaadje, maar een geur die doet vermoeden dat iemand spruitjes en compost in een blender heeft gegooid. Jij, als man, staat erbij, balancerend tussen paniek en ongeloof.

Zelf ben ik natuurlijk anders. Officieel laat ik nooit scheten. Mocht het toch ooit gebeurd zijn, dan uitsluitend in de vorm van een elegante rozenblaadjeswervel. Manlief daarentegen knalt midden in de woonkamer, grijnst breed en vraagt: “Heb jij ooit zoiets moois gehoord?” Alsof hij applaus verwacht.

Heel vroeger stond ik eens boven in de badkamer, terwijl hij beneden op de wc zat. Opeens dacht ik dat er een Formule-1-wagen door de straat denderde. Dus ik riep: “Hoorde je dat?!” Waarop hij, zelden zo trots, riep: “Ja! Dat was ík!”

Ik hoop nog steeds dat hij daar ooit overheen groeit. Tot die tijd houd ik vast aan mijn strategie van keiharde ontkenning. En ik houd mijn kinderen goed in de gaten. Als ze slim zijn, doen ze als hun moeder: jarenlang volhouden dat ze nooit scheten laten. Tot hun toekomstige partner op een dag een deur opent… en de illusie in één walm verdwijnt.

En geloof me: mocht je ooit een rozenblaadje in je haar vinden zonder dat er een bloem in de buurt is… dan weet je hoe laat het is.

Zoals mijn man laatst zei, na weer een oorverdovende knal: “Lieverd, jij hebt rozenblaadjes. Ik heb de complete fanfare.”


Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Opmerking: Alleen leden van deze blog kunnen een reactie posten.

Rozenblaadjes

Iedere man ontdekt vroeg of laat dat ene mysterieuze moment waarop hij zich afvraagt wat er écht in het brein van een vrouw omgaat. Volgens ...